Heerlijke risotto met gerookte zalm en groene asperges, erg lekker als bijgerechtje maar het zou ook prima als een opzichtzelf staand gerecht kunnen worden geserveerd. Een echte aanrader!!!

25 minuten
Makkelijk
0 – 5 euro pp

Ingrediënten voor 2 pers:

  • 150 gr risottorijst
  • 1 ui
  • 150 ml witte wijn
  • 300 ml groentebouillon
  • 100 gr gerookte zalm
  • 100 gr groene asperges
  • parmezaanse kaas
  • verse basilicum
  • verse peterselie
  • 1 citroen
  • peper

Zo maak je het:

Zet om te beginnen 300 ml groentebouillon klaar en een redelijk grote kookpan met een dikke bodem op je fornuis.

Snijd de zalm wat kleiner. Snipper nu je uitje klein en giet een flinke scheut olijfolie in je pan. Weeg alvast de risotto af op de juiste hoeveelheid. Zet je pan met olijfolie op het vuur en zodra de olijfolie heet is, voeg je het uitje en de zalm toe. Fruit alles 2 minuten in de olijfolie, voeg daarna meteen de rijst toe. Roer de rijst goed door zodat alle rijstkorrels glanzen van de olie. Laat ze even een minuutje de olie opnemen. Giet er daarna de witte wijn bij. Als het goed is, is je pan zo heet dat de witte wijn meteen kookt. Blijf de hele tijd goed roeren.

Zet de groene asperges met een klein laagje water (zodat ze net onder staan) op het vuur. Breng ze aan de kook en laat 5 minuten koken.

Als alle wijn verdampt of opgenomen is door de rijst begin je langzaam vast wat bouillon toe te voegen. Doe dit in verschillende fases, niet alles tegelijk maar ook niet te weinig zodat je elke minuut moet bijvullen. Ik denk dat ongeveer 100 ml per keer wel een mooie hoeveelheid is. Blijf de rijst goed doorroeren zodat het niet aanbakt.

Giet de asperges af en snijd de asperges in kleinere stukjes. Hak de kruiden fijn. Rasp de schil van de citroen en voeg de citroenschil, wat peper naar smaak en de kruiden toe aan de risotto. Laat de risotto koken tot al het water opgenomen is.

De risotto is klaar als het vocht zo opgenomen is dat er een smeuïge rijstsubstantie ontstaan is zonder de harde kern. Natuurlijk merk je dit meteen als je proeft en er geen harde stukjes meer in de rijst zitten maar je kan het ook zien aan de kleur van de rijst, de rijst is heel wit en wordt steeds een beetje zachter van kleur. Zodra alle echt witte stukjes weg zijn, is de rijst goed.

Als al je bouillon op is maar je toch het gevoel hebt dat je risotto nog niet goed is, kan je gewoon nog wat extra water toevoegen. Ben hiermee wel voorzichtig en zorg dat je niet meteen te veel extra water toevoegt. Het is een beetje zonde als de rijst zo nat is dat hij helemaal wegdrijft. Hij moet wel plakkerig blijven.

Voeg de asperges op het laatste moment toe en laat nog een minuutje doorwarmen. Serveer de risotto met vers geraspte parmezaanse kaas er overheen.